Optische sensoren zijn apparaten die zijn ontworpen om afstand en positie te regelen, kleur- en contrastmarkeringen te bepalen en andere technologische problemen op te lossen. De instrumenten worden voornamelijk gebruikt in industriële apparatuur.
Optische sensoren zijn onderverdeeld in drie typen, afhankelijk van de manier waarop ze werken.
Apparaten die reflecteren vanaf een object zijn in staat om licht uit te zenden en te ontvangen dat afwijkt van een object dat zich in hun actiegebied bevindt. Een bepaalde hoeveelheid licht wordt door het doel gereflecteerd en, wanneer het de sensor raakt, wordt het juiste logische niveau ingesteld. De grootte van de responszone hangt grotendeels af van het type apparaat, grootte, kleur, oppervlaktekromming, ruwheid en andere parameters van het object. In zijn ontwerp zijn de ontvanger en zender in dezelfde behuizing aanwezig.
Optische sensoren die reflecteren op de retroreflector, ontvangen en zenden licht uit dat afkomstig is vaneen speciale reflector, en wanneer de straal wordt onderbroken door een object, verschijnt het bijbehorende signaal aan de uitgang. De omvang van een dergelijk apparaat hangt af van de toestand van de omgeving die de sensor en het object omringt (mist, rook, stof, enz.). Ook bij dit apparaat zijn de zender en ontvanger in dezelfde behuizing geplaatst.
Het derde type omvat optische sensoren die een aparte ontvanger en lichtbron hebben. Deze elementen worden langs dezelfde as tegenover elkaar geïnstalleerd. Een object dat het gebied van de lichtstroom binnenkomt, veroorzaakt de onderbreking en het logische niveau aan de uitgang verandert dienovereenkomstig.
Lichtelementen van apparaten kunnen op verschillende golflengten werken, waaronder infrarood of zichtbaar (laser)licht, evenals andere indicatoren van kleurmarkeringen.
In zijn ontwerp bestaat een optische sensor uit een zender die licht genereert in verschillende bereiken, evenals een ontvanger die het signaal van het eerste element onderscheidt. Beide componenten van het apparaat bevinden zich zowel in één als in verschillende gevallen.
De werking van de apparaten is gebaseerd op de verandering in optische straling wanneer een ondoorzichtig object in het dekkingsgebied verschijnt. Wanneer het apparaat is ingeschakeld, wordt een optische straal uitgezonden, opgevangen door een reflector of gereflecteerd door een object.
Vervolgens verschijnt er een digitaal of analoog signaal met verschillende logica aan de uitgang van de sensor, die vervolgens wordt gebruikt door de actuator of het registratiecircuit.
Glasvezelsensoren hebben verschillende gevoeligheidszones, variërend van enkele centimeters tot honderden meters.
De handigste manier is om diffuse apparaten te gebruiken die automatisch op het object worden geactiveerd. Voor het grootste deel kunt u met optische sensoren de instellingen voor gevoeligheid en indexering van de uitvoerstatus wijzigen. Er worden ook zelfafstemmende modellen geproduceerd.
Apparaten op de markt worden vertegenwoordigd door veel fabrikanten. Vooral apparaten van AUTONICS zijn bijvoorbeeld populair. Ze zijn van grote variëteit, lage prijs en hoge betrouwbaarheid.